Eerstvolgende kerkdienst

10 december; 10.00 uur: Ds. Johan Maat

De dienst wordt ook live als video uitgezonden
en is ook te beluisteren via radiocastricum  
De diaconie collecteert in december voor speciale doelen
De zondagsbrief kan gelezen worden indien beschikbaar

Tekst van de lezing:
Jesaja 40: 1 -11
Johannes 1: 19 - 28

1 Troost, troost mijn volk, zegt jullie God. 2 Spreek Jeruzalem moed in, maak haar bekend dat haar slavendienst voorbij is, dat haar schuld is voldaan, omdat zij een dubbele straf voor haar zonden uit de hand van de HEER heeft ontvangen.
3 Hoor, een stem roept: ‘Baan voor de HEER een weg door de woestijn, effen in de wildernis een pad voor onze God. 4 Laat elke vallei verhoogd worden en elke berg en heuvel verlaagd, laat ruig land vlak worden en rotsige hellingen rustige dalen.
5 De luister van de HEER zal zich openbaren voor het oog van al wat leeft. De HEER heeft gesproken!’
6 Hoor, een stem zegt: ‘Roep!’ En een stem antwoordt: ‘Wat zou ik roepen? De mens is als gras, teer als een bloem in het veld. 7 Het gras verdort en de bloem verwelkt
wanneer de adem van de HEER erover blaast. Ja, als gras is dit volk.’ 8 Het gras verdort en de bloem verwelkt, maar het woord van onze God houdt eeuwig stand.
9 Beklim een hoge berg, vreugdebode Sion, verhef je stem met kracht, vreugdebode Jeruzalem, verhef je stem, vrees niet. Zeg tegen de steden van Juda: ‘Ziehier jullie God!’ 10 Ziehier God, de HEER! Hij komt met kracht, zijn arm zal heersen. Zijn loon heeft Hij bij zich, zijn beloning gaat voor Hem uit. 11 Als een herder weidt Hij zijn kudde: zijn arm brengt de lammeren bijeen, Hij vlijt ze tegen zijn borst, en zorgzaam leidt Hij de ooien.  

Johannes 1: 19 - 28

19 Dit is het getuigenis van Johannes. De Joden hadden vanuit Jeruzalem priesters en Levieten naar hem toe gestuurd om hem te vragen: ‘Wie bent u?’ 20 Hij gaf zonder aarzelen antwoord en verklaarde ronduit: ‘Ik ben niet de messias.’
21Toen vroegen ze hem: ‘Wie dan? Bent u Elia?’ Hij zei: ‘Die ben ik ook niet.’
‘Bent u de profeet?’ ‘Nee,’ antwoordde hij.
22 ‘Maar wie bent u dan?’ vroegen ze hem. ‘Wij moeten antwoord kunnen geven aan degenen die ons gestuurd hebben – wie zegt u zelf dat u bent?’ 23 Hij zei: ‘Ik ben de stem die roept in de woestijn: “Maak recht de weg van de Heer,” zoals de profeet Jesaja gezegd heeft.’
24 De afgevaardigden die uit de kring van de farizeeën kwamen, 25 vroegen verder: ‘Waarom doopt u dan, als u niet de Messias bent, en ook niet Elia of de profeet?’
26 ‘Ik doop met water,’ antwoordde Johannes. ‘Maar in uw midden is iemand die u niet kent, 27 Hij die na mij komt – ik ben het niet eens waard om de riemen van zijn sandalen los te maken.’ 28 Dit gebeurde in Bethanië, aan de overkant van de Jordaan, waar Johannes doopte.

Nederlands Bijbelgenootschap